Skip to content

Inhaalslag woningbouw loopt spaak: zoveel nieuwe huizen zijn er in jouw gemeente bijgekomen

Aantal opgeleverde woningen in 2022 een kwart lager dan doelstelling kabinet

– telegraaf.nl – Door Yteke de Jong, 31-01-2023 in FINANCIEEL

In Nederland zal het aantal opgeleverde woningen terugvallen als gevolg van de oplopende rente en het gebrek aan bouwlocaties. Vorig jaar werden er 74.000 woningen opgeleverd, zo blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Maar het aantal bouwvergunningen daalt.


Minister Hugo de Jonge (Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening) tijdens een rondleiding op een bouwplaats.

Woonminister Hugo de Jonge heeft de doelstelling van 80.000 nieuwe woningen per jaar gehaald, zo meldt het ministerie. Er zouden aanvankelijk 100.000 woningen gebouwd moeten worden om de wooncrisis op te lossen, maar dat is naar beneden bijgesteld. Dit jaar worden er volgens hoogleraar woningmarkt Peter Boelhouwer minder huizen gebouwd dan de doelstelling van het ministerie. Het aantal verleende vergunningen in november daalde met 31%. Boelhouwer schat in dat als deze trend doorzet, dit jaar 16% minder vergunningen worden verleend. Dat gaat vooral ten koste van koopwoningen.

Sloop

In totaal werden er vorig jaar naast nieuwbouw ook nog 23.000 extra woningen gemaakt van kantoren of verkregen via splitsing, zo meldt het CBS. Dat werd echter teniet gedaan door sloop van 10.000 woningen en het onttrekken van woningen aan de totale woningvoorraad, bijvoorbeeld door samenvoeging. Dat leverde 8755 minder woningen op.

Vorig jaar werden in de gemeente Amsterdam de meeste woningen opgeleverd in Nederland, ruim 6700 stuks, gevolgd door Utrecht met een kleine 3000 woningen. Den Haag is nummer drie met een kleine 2500 woningen. Dit lijken druppels op een gloeiende plaat van een tekort van 300.000 woningen. In de regio Amsterdam zoeken bijvoorbeeld al 100.000 mensen naar een woning.

De nieuwbouw zakt onder meer in omdat investeerders zich hebben teruggetrokken van de Nederlandse woningmarkt, als gevolg van een ingreep van De Jonge op de maximale huur. De investeerders werken vaak samen met woningcorporaties die zijn aangewezen om de ’goedkope’ woningen van de grond te krijgen. „De verwachtingen voor de woningbouw dit jaar zijn somber door een hogere rente en afhakende investeerders door steeds meer regeltjes. De vergunningverlening is teruggevallen, net als de verkopen van nieuwbouwwoningen”, zegt Coen van Rooyen van WoningbouwersNL.

Een van de grootste problemen in de stokkende woningbouw zijn ontbrekende locaties. Zo meldde de koepel van woningcorporaties Aedes vorige week dat men klaar staat om te bouwen. De vraag is echter waar. „Locaties zijn vaak de bottleneck en dat hangt samen met de grondprijs. Het is woningcrisis, de urgentie is hoog, het kan niet zo zijn dat bouwlocaties ongebruikt blijven liggen omdat er nu even wat minder rendement te behalen is”, stelde voorman Martin van Rijn van Aedes vorige week. Hierbij spelen verschillende problemen.

Sanering

Allereerst wordt er gekoerst op binnenstedelijk bouwen in plaats van in een weiland. Dat zijn ’moeilijke’ locaties, omdat er vaak al bebouwing is. Eigenaren moeten dan worden uitgekocht en de grond gesaneerd voordat er een schop de grond in kan. Ook zijn bezwaarprocedures lang. De gemiddelde doorlooptijd van een bouwproject is acht tot tien jaar. Daarnaast ligt de bouw stil door strenge stikstofnormen, terwijl de bouw amper uitstoot. Daar moet een oplossing voor komen, zo meldt Neprom, de koepel van projectontwikkelaars..

Een ander probleem waarmee de bouwers te maken hebben, is dat de aanwijzing van locaties in handen is gelegd van provincies. Die moeten de woningbouwlocaties afwegen tegen andere ruimtelijke opgaven, dus bijvoorbeeld de komst van een zonnepark. „Er moet ook gebouwd worden op makkelijk te bebouwen locaties aan de rand van steden en dorpen, het zogeheten ’straatje erbij’ bouwen. Deze zijn makkelijk inpasbaar en er hoeft vaak geen grootschalige infrastructuur bijgebouwd te worden”, zegt een woordvoerder van Bouwend Nederland. „De grote test waarvoor we ons nu gesteld weten, is of de bouwafspraken die de provincies straks maken voldoende afdwingbaar zijn”

Back To Top