Tot aan 2030 worden ten minste 335.000 nieuwe woningen gebouwd. Dat schrijft demissionair minister Kajsa Ollongren (Binnenlandse Zaken) woensdag in een brief aan de Tweede Kamer. Voor nog eens 626.300 huizen zijn locaties gevonden, zodat het er vanaf nu om gaat deze plannen te realiseren.

Volgens Ollongren is er nu voldoende plancapaciteit, maar zal die de komende tijd nog worden vergroot doordat gemiddeld een derde van de plannen trager wordt uitgevoerd of niet doorgaat. Boven op deze plannen komen nog extra woningen, die ontstaan na het verbouwen van oude kantoren en winkels.

De plancapaciteit is met 151.900 woningen tot en met 2024 in Zuid-Holland het grootst, gevolgd door Noord-Holland met 116.400 en Noord-Brabant met 78.500.

In de jaren tot en met 2029 zal de plancapaciteit in respectievelijk Zuid-Holland, Noord-Holland en Utrecht het grootst zijn.

Woningtekort loopt tot 2025 op

Volgens de minister is de woningbouw flink op gang gekomen. In het eerste kwartaal van dit jaar zijn 21.000 woningen gerealiseerd. Dat is een stijging van 15 procent in vergelijking met dezelfde periode vorig jaar en 19 procent meer dan twee jaar geleden. Eind maart zijn er 78.700 woningen bij gekomen ten opzichte van een jaar daarvoor.

Toch is het nog niet voldoende om aan de toenemende vraag naar woningen te voldoen, aldus Ollongren. Dat komt volgens haar doordat de bevolking in de afgelopen vier jaar harder is gegroeid dan was geraamd. In de jaren daarvoor bleef de woningbouw achter bij de planning door de economische crisis.

Vooralsnog is er dit jaar een tekort van 279.000 woningen, zo staat in de brief. Volgens berekeningen van onderzoeksbureau ABF ligt het woningtekort in 2021 op 285.000 huizen. Het nijpendst is de woningnood in Flevoland, Noord-Holland, Utrecht en Zuid-Holland. Tot 2025 zal dat tekort waarschijnlijk eerst nog oplopen om daarna “gestaag af te nemen”, aldus de minister.